Automatismen en autisme

04 July 2019

 

Iedereen, autistisch of niet, heeft zo zijn of haar automatismen. Het verschil tussen de gemiddelde autist (zoals uw geachte auteur) en aan de andere kant Nt’ers (Neuro typische mensen) is dat wij autisten daar ietwat enthousiaster in zijn.

 

De beste brave Nt‘er heeft op een gezette tijd zijn of haar kopje koffie en een koekje, of een sigaret. Dat is ook een vorm van structuur, het is echter wel een wens. Bij autisten, daarentegen is die structuur noodzaak. Dat komt omdat ik als autist heel veel informatie te verwerken heb. Zeg maar het verschil tussen één a4tje bij Nt’ers en een complete vrachtwagen vol a4tjes bij autisten. Logischerwijs duurt het langer om een hele vrachtwagen informatie te verwerken, dan één a4tje. Het is te vergelijken tussen het vervoeren van een olifant in een Renault Twingo, of een wandelende tak. Die olifant komt-net als de wandelende tak-ook op de plaats van zijn of haar bestemming, alleen gaat er wat meer tijd in zitten. Dan is structuur ontzettend belangrijk en handig, want die geeft richting aan de stroom van informatie. Zie het als tegenwind op de fiets. Het is wel zo makkelijk als je daar op de een of andere manier invloed op kunt uitoefenen. Je kunt bij sterke tegenwind bijvoorbeeld, om bij deze analogie te blijven, een route kiezen die meer tussen huizen loopt. Dat maakt het makkelijker om met die tegenwind om te gaan. Daarom is structuur zo noodzakelijk, het maakt het leven voor autisten makkelijker. Het mooie is hoe ouder ik word, hoe beter ik met die tegenwind kan omgaan.

 

Zoveel autisten als er op deze wereld zijn, zoveel verschillende manieren van structuur zijn er ook. Natuurlijk is er de voornoemde dagplanning, waarbij iedere scheet op een specifieke tijd is ingepland. Dit is waarom ‘star’ het stereotypebeeld van de autist is. Ik noem het niet star, maar standvastig! Over het algemeen is het repetitief gedrag. Zoals bijvoorbeeld een vertrekroutine, de route naar het werk of iedere dag dezelfde set ondergoed aan hebben… voor die specifieke dag.

 

Wat ik bijvoorbeeld altijd doe voordat ik vertrek is: ik kijk als laatste altijd even naar de foto’s van mijn voormalige verzorgpaarden. Wat ik daarnaast ook altijd doe is, eerst steek ik de lange sleutel van de poort in mijn slot van de poort en dan maak ik mijn edele fiets gereed voor vertrek om daarna, pas de poort van het slot af te halen. Het voordeel van die routine is dat ik daar niet bij na hoef te denken. Dit is een belangrijk punt. Hier komt die hele vrachtwagen vol informatie weer uiterst subtiel dwars over de stoep de hoek om scheuren. Het toverwoord hier is ‘prikkelverwerking’. NT’ers krijgen enkel die prikkels binnen die voor hun echt van belang zijn, die worden er namelijk uitgefilterd. Ik, daarentegen, krijg werkelijk alle prikkels binnen, ongefilterd en ongecensureerd. Dat is behoorlijk lastig voor je concentratie, je energie en je rust. Omgekeerd: hoe minder prikkels, hoe beter je concentratie is, hoe meer energie je hebt en hoe meer rust dat je hebt. Voor mij is structuur een manier om het aantal prikkels te reduceren en daarmee concentratie en rust te bevorderen.

 

Door een routine te volgen, hoef ik er niet te veel aandacht aan te schenken. Daardoor zakt het aantal prikkels en heb ik meer rust en dat is één van de belangrijkste vaardigheden voor een autist.