Tegenwoordig lijken moderne ouders steeds meer moeite te hebben om hun kinderen te bieden wat ze nodig hebben: grenzen. Waar onze ouders voornamelijk beschimpt worden voor hun ‘volgens ons’ veel te harde aanpak van kinderen, lijkt tegenwoordig een omgekeerde trend aan de gang te zijn. Kinderen mogen alles en wee degene die commentaar heeft op hun losgeslagen, onbeschofte engeltjes.

Dit boek probeert de ouder te wijzen op de eigen verantwoordelijkheid om zijn of haar kind te laten uitgroeien in een normaal en evenwichtig persoon. Juist door het kind grenzen en respect te hebben voor volwassenen, geef je het wat het nodig heeft. Het kind steeds zijn zin geven lijkt voor even rust te geven, maar levert tegelijkertijd enorme problemen op voor in de toekomst. Haar advies is: als je niet weet waar je aan begint, begin er dan niet aan.

Het is op sommige punten een vrij extreem boek, maar dit is ook wel steeds vaker nodig. Het is een boek waarvan we allemaal wel één, of enkele, ouders kennen die het zouden moeten lezen. In dat opzicht is het een perfect kraamcadeau.

Ze is een fel tegenstander van moderne opvoedtechnieken, waarbij kinderen te weinig grenzen krijgen.